Monday 16 March 2015

Erfgoedlijstnominatie: het Winkelcentrum (zoals het vroeger was)

Vorige keer schreef ik een blogje over koopjes en kortingen, en hoe misleidend die soms zijn. Dat geldt niet alleen voor de winkels, maar zeker ook online. Denk aan speciale spaarprogramma's waarmee je punten kunt inwisselen voor een bepaalde korting op een artikel... waarbij dat artikel dan in feite weinig goedkoper is dan elders. Waar je met een paar klikken al achter kunt komen.

Maar daar heb je het weer: online. Veel impulsaankopen vinden tegenwoordig online plaats, om nog even tot een bepaald bedrag te komen voor extra korting, gratis verzendkosten, of een ander presentje. Webshops hebben bovendien de handigheid dat ze alle koopjes allemaal handig bij elkaar staan, zodat je heerlijk vanuit je luie stoel in één keer door alle aanbiedingen kunt browsen, desnoods per categorie.

De voordelen van thuiswinkelen zijn wel bekend, en de fysieke winkels hebben er steeds meer last van, als ik het toenemende aantal leegstaande panden in ons winkelcentrum mag geloven. Als er al een nieuwe winkel opduikt, dan is het een Outlet, een Haal-Hier-Je-Spullen-Nog-Goedkoper, een Rommelwinkel of een zaak met tweedehandsspullen.

En zo ontstaat de vicieuze cirkel. Want hoe meer winkels er verdwijnen in het winkelcentrum, hoe sneller iemand geneigd is dan maar alles online te bestellen. Ik zie het aan mezelf, met boeken. Ik heb geen echte boekhandel meer in de buurt, Engelse boeken verkopen ze niet bij Bruna* (en ook in de boekhandel twee steden verderop is het aanbod klein), en veel meer dan de standaard bestsellers en de nieuwe releases van uitgevers die ervoor betalen om in de folder te staan, liggen er niet. De stap om dan ook maar kleding, huishoudelijke apparaten en andere spullen online te bestellen wordt steeds kleiner.


Hoe ironisch om te horen dat Blokker medewerkers op straat zet, en dan te ontdekken dat er twee deuren verderop net een Budget-winkel geopend is die dringend op zoek is naar medewerkers. Beide winkelformules vallen namelijk onder dezelfde holding.

Het straatbeeld in het winkelcentrum gaat er overigens ook niet op vooruit. Er zijn heel veel lege winkels, de meeste inmiddels beplakt met raamstickers, zodat de leegstand minder opvalt, en er duiken steeds meer outlets op, die weinig tot geen aandacht besteden aan de presentatie van de winkel, want ze zitten er niet lang genoeg of geven daar geen geld aan uit, want dan worden de producten weer duurder.

Volgens mij is het maken van 'belevingswinkels' niet de juiste reactie geweest. Een tijd geleden was dat namelijk de hype: het ging om strak, sleek en gestroomlijnd. Ik kan me die eerste testwinkels van Free Record Shop nog wel herinneren; je kwam er voor een hele beleving. Blijkbaar zit de gehaaste consument (parkeergeld!) daar dus ook niet op te wachten.

Maar wat als het doorslaat de andere kant op? Wat als er allemaal winkels komen met uitsluitend showmodellen om ze even te zien, te voelen en te testen, waarna je bij de kassa afrekent bij de webshop van de winkel om je product naar keuze alsnog thuisbezorgd te krijgen? Of misschien opent Bol.com wel fysieke filialen in Ikea-stijl, met een restaurant en een ballenbad voor de kinderen.

Op social media is in de boekenwereld de hashtag #weneeddiversebooks ontstaan. Over de broodnodige diversiteit die je in boeken nodig hebt. Maar eh... #weneeddiversestores. Wat is een winkelcentrum zonder boetiekjes en zelfstandige en concurrerende winkels? Ik moet er niet aan denken dat er straks een handvol grote ketens overblijven die geen enkele overlap kennen in het aanbod. Lijkt me vreselijk saai, toch? Ik hoef ook geen winkelcentrum met alleen nog maar kapperszaken, eetgelegenheden, een dump-je-kind-hier-en-neem-het-ervan-speelplek, supermarkten en hier en daar een servicepunt om pakketjes te retourneren of spullen in te leveren voor reparatie. Wat mij betreft mag het Winkelcentrum-Zoals-Dat-Vroeger-Was (zei ik dat echt? Yikes!) op een erfgoedlijst.

Ik zou heel benieuwd zijn hoe retailers het landschap zelf zien. Welke kant gaat het op? Welke kant moet het vooral niet op gaan? En wat kan een keten of winkelier of zelfstandige daar aan doen? 



Sunday 15 March 2015

'Thuisblijfmoederen is keuze' - ja, maar niet voor iedereen even ongedwongen

Zo af en toe komt er op internet een zogenaamd journalistiek stuk voorbij (althans, daar ga je van uit als het een krant betreft) dat niet meer is dan een rant, een tirade. Een column die nog het meest wegheeft van een ingezonden brief van iemand die eventjes stoom moet afblazen. Of van iemand die expres opruiend schrijft in de hoop reacties uit te lokken. Dat gold zeker voor 'Thuisblijfmoeder zijn is nog altijd een keuze', van de website van (hoe kan het ook anders) de Telegraaf.

Eigenlijk zou je op zoiets niet moeten reageren, het niet meer aandacht moeten geven. Maar uit de reacties onder het artikeltje blijkt dat veel meer mensen zo kort door de bocht denken. Dan toch maar een weerwoord. Of op z’n minst een nuance of twee.

De schrijfster die een vaste plek heeft in het panel van de rubriek ‘Wat Zij Denkt’ heeft een Mening, en dat is haar goed recht. Helaas kiest zij ervoor deze op te schrijven op een manier die weinig journalistieks heeft, die neerbuigend en soms zelfs domweg aanvallend is, om het woord ignorant nog niet eens te laten vallen. Moeten 'wij moeders' elkaar niet juist steunen? O, wacht. Ze heeft geen kinderen.  Ze heeft katten.

Een parafrase volgt hieronder, maar samengevat is zij fel (met nadruk op fel) tegen het idee dat thuisblijfmoeders een minimumloon zouden ontvangen. (Een idee dat zij weer tegenkwam op website vrouw.nl en dat al ook eerder over internet gonsde.) Haar motivering is dat moeders die thuisblijven er helemaal zelf voor kiezen dat ze hun "eigen leven en persoonlijke ontwikkeling in de wachtstand … zetten om voor [hun] kinderen te zorgen" en dat ze daar niet ook nog betaald voor dienen te worden, want dat mag de belastingbetaler (lees: zij) natuurlijk weer ophoesten.

Gut, mens, je moest eens weten wat we als  belastingbetalers allemaal niet crowdsourcen. Er gaat hier in de buurt een leegstaand gebouw voor zeven ton tegen de vlakte dat in zijn leegstand al miljoenen gekost heeft. Een thuisblijfmoeder steunen lijkt me dan een stuk nuttiger, waarmee ik nog steeds niet wil  zeggen dat een bevalling automatisch recht dient te geven op minimumloon. Zo gemakkelijk laat ik me dan weer niet vangen.

Maar de schrijfster houdt vol: thuisblijven bij je kroost is een keuze. (Parafrase vanaf hier:) Maar je zou toch gek zijn als je een dure studie op die  manier vergooit en er vrijwillig voor kiest je sociaal te isoleren, om toe te geven aan je 'toewijding' (ongetwijfeld aardig bedoeld, maar zelfs dat klinkt als een sneer) en tot over je oren in de luiers te duiken? En welke vent wil er nou een vrouw die niks anders te vertellen heeft dan wat er in de huiskamer gebeurt? Nou, dan is het simpel: als je ervoor kiest thuis te blijven, dan zijn de gevolgen ook voor jou - en dan krijg je ook geen geld uit de grote staatsspaarpot. Dan moet je op de zak van je man teren, hoor. Lekker puh. (Eind parafrase.)

Nou, daar gaan we dan: Thuisblijven is voor sommige mama's een keuze, voor andere niet. Dat is al nuance één. En binnen die tweedeling is er misschien meteen al ruimte voor een minimumloon, want bij je werkgever de ziektewet in gaan en een arbeidsplek bezet houden waar een ander van droomt is ook niet alles, toch? En dat geldt slechts voor die arbeidsongeschikten die het geluk hadden een werkgever te vinden.

Binnen de groep thuisblijvers die daar he-le-maal zelluf voor kiest zijn er bovendien ook mama's die wel werken, in wat voor parttime hoedanigheid ook. Dat zou nuance twee zijn, maar aan het betoog te merken vallen uitzonderingen als ik buiten het vizier, omdat ik nog het fatsoen heb te werken voor de pakken luiers en Nijntje-boekjes die ik zo nodig moet hebben.

Dan is ook nog een grote groep werkende moeders die gewoon moeder wil kunnen zijn. Die het vreselijk vinden gedwongen te worden naar hun werk te gaan omdat ze anders niet rond kunnen komen, die hun kind wel naar de opvang móéten brengen - en dus ook daarvoor extra kosten hebben, want als er iemand ánders voor jouw kind zorgt, krijgt die wel betaald, nietwaar? Omdat het toevallig zijn of haar baan is om te doen wat jij thuis ook zou kunnen doen, maar dan gratis. Kromme logica? Ja, insgelijks.

Van kromme naar omgekeerde logica: als moeders er bewust voor kiezen te blijven werken, hebben zij dan alsnog recht op kinderopvangtoeslag, of vallen de kosten daarvoor ook onder de gevolgen die voor eigen rekening zijn?

Wat de schrijfster ook volledig negeert, is het feit dat moeder zijn een hele baan is. Een leuke baan met veel voldoening, maar toch een hele toer zo af en toe. (Even voor de niet-moeders: het is geen kwestie van een bakje voer neerzetten, een aai over het bolletje geven en verder zorgen dat de deur op een kiertje staat en je ziet ze wel weer als ze honger hebben.) Met één kind ben je (als het goed is) bijna de hele dag bezig, met twee of meer heb je het nog drukker. En nee, dat is geen beklag, maar een werkelijkheid  die in het stuk over het hoofd wordt gezien. Na een dag hard werken komt de kantoorganger misschien moe thuis, maar dat wil niet zeggen dat de mama die de hele dag thuis was 's avonds niet even moe (of erger) neerploft in bed. Vaak nog met het nadeel dat haar harde werk nauwelijks gezien of erkend wordt.

'Thuisblijven is een keuze, een luxe. Als je je die kunt permitteren, hoef je ook je handje niet op te houden bij de staat,' is de conclusie van het stuk. Voor die gezinnen die  op een enkel salaris net weten rond te komen, waarbij het gaan werken van de moeder alleen maar betekent dat de crèche betaald kan worden, vind ik dit wel erg kort door de bocht. En zo zijn er meer uitzonderingen te bedenken.

De schrijfster doet het echter voorkomen alsof een thuisblijver die keuze maakt in haar riante villa, omdat manlief bakken met geld verdient en ze het zich makkelijk kan permitteren om dan ook meteen maar een heel elftal aan kinderen te 'nemen'. Want ga alsjeblieft niet beweren dat de thuisblijfmama niet deelneemt aan het economische verkeer, of dat de kinderbijslag nou zo'n vetpot is, want dat is gewoon niet zo. Vele thuisblijfmoeders hebben vele redenen, en het zou zo mooi zijn om hen niet af te vallen met een doordravend, belerend stuk - vooral niet als de schrijfster er zelf misschien aan denkt ooit een van hen te worden. Een moeder, bedoel ik.

Mocht dat ooit gebeuren, dan wens ik het haar van harte toe zelf te ervaren wat het moederschap aan je leven kan toevoegen. Moge zij dan een weloverwogen en geïnformeerd besluit nemen om gewoon te blijven werken (of niet). En weet: niet alle moeders zijn er even gelukkig mee om van de KDV-juf te horen dat hun kind zijn eerste stapjes heeft gezet waar ze niet bij waren. Dat hij de hele middag heeft gehuild terwijl zij achter hun bureau belangrijk zaten te wezen, en ze er niet waren om hem te troosten. En voor wie dat wel kan: een pluim.


Thursday 5 March 2015

A whole lot of Dutch

Image found HERE, according to
Google Images (I can't access Pinterest)
I'm working on a story. It's in Dutch. So are the last four books I've read (on writing), not to mention all the fairy tales I've been reading to my son. The reason I'm writing a story in Dutch is because it's for a local competition, and I'm pretty sure they're not expecting anything in English.

But I miss English. Yes, I've been translating several English over the past months, and my latest reading book is on writing, and is actually On Writing (by Stephen King), but it feels like all I do is write in Dutch. But it's my own fault for keeping several blogs in my native language.

So I've decide to rekindle my friendship with this blog, rather than just feeding it a nice book quote every so often. I want to write more in English, even though it's a second language to me, because I've noticed that in coming up with ideas for stories (I don't dare call them 'books' just yet), I usually write them down in English. Especially when the story is for a young adult audience.

But here's the rub. If I want to write something (let's just assume I can manage to find the time to do so eventually) that will hopefully be published here, in my own country, it should be in Dutch. I could write in English and submit to foreign publishers, but the competition there will probably be even more killing - from native English speakers to others who have decided to write in English.

I have seen another competition pop up, with a deadline somewhere in May, and I would love to be able to send in a manuscript. Even if it's just for the exercise of writing an entire book, in English. With the added bonus that it will actually be read by an editor, provided it doesn't disappoint on the first page, of course. 

But, naturally, I have deadlines up the wazoo, including the story deadline for my Dutch attempt. The story is done, it needs editing and rewriting now. Which means it would be an absolute shame not to send it in, but I need to find more time to spend on it first. Which in turn means that I doubt I'll find the time to also write my English children's book.

So far, there is only an Idea. A very small idea, because as yet I have no clue what exactly I could let my main character experience. I like her, so far, but she isn't much more than a silhouette at this point. Which is a shame, 'cause if I had some sort of game plan, it wouldn't be so hard to find time to type it all up. It's the construction phase, the drawing of the plans that I find the most time consuming, because it all has to add up (for the most part) before I can create the world she inhabits. Also something I have not yet decided upon.

Perhaps I had better return to 'writing' my translation, finish the current book so I can get on with the next two that I've got lined up... They, at least, are a sure thing (and a paycheck, even if it's a small one). If I manage to write another story in either language, that would be fantastic. Especially if I manage it on time to send it in. But considering my deadlines and whatnot, that would probably require a small miracle.